Categoriearchief: Levensduurdenken

Manifest Renovatievisie 2050

Op de koffie bij Starbucks

Het wordt tijd dat de bouw meer naar buiten dan naar binnen kijkt als het om de opgave voor morgen gaat en om de leidraad voor innovatie. Door voortdurend te roepen dat het om innovatie of om nieuwe paradigma gaat, vergeet men de kennis die op straat ligt goed te benutten. In die zin blijft het aardig om de parallel met de geschiedenis van de auto-industrie in het achterhoofd te houden en te begrijpen (1).
Maar de aanleiding van deze column was een artikel in NRC van zaterdag 13 april 2013 over Starbucks (2). Het is een consumentgericht concern, dat groeit ondanks de economische crisis, omdat het oog heeft voor de consument en voor kwaliteit, twee onlosmakelijke ingrediënten.

Verder lezen

Leren van ruim zestig jaar concepten

Een serie over systeemwoningen -29-

De golven in de tijd

Recente aandacht voor systeemwoningen heeft me er weer eens op gewezen dat de woningbouwmarkt gedurende haar hele bestaan voor een deel uit een aanbodgerichte markt heeft bestaan: negentig, zestig, dertig jaar geleden en nu (1). En de aandacht ervoor hangt vaak deels samen met de economische situatie, die zich in de openvolgende perioden voordeden. Tijdens de bloeiperiode van de systeembouw (1950-1975) is circa 20 procent van de gerealiseerde woningen in deze categorie tot stand gekomen. In de periode erna is het even stil geweest, maar begin jaren tachtig van de vorige eeuw komen ‘de concepten’ opnieuw op de markt. En nu, na de uitbraak van de economische crisis en de terugval van de bouwproductie, is de aandacht hier weer sterk op gericht.

Over de vele systeemwoningen is tot nu toe al aardig wat gepubliceerd. Dit geldt ook voor de huidige concepten. Echter van de concepten uit de jaren tachtig van de vorige eeuw is tot nu toe nog weinig melding gemaakt.

Verder lezen

Bouwsysteem Bouwvliet, het einde van een lange ontwikkeling

Een serie over systeemwoningen -28-

Het begin van het einde

In de tweede helft van de jaren zestig van de vorige eeuw was de systeembouw op haar hoogtepunt en tegelijkertijd was het einde zeer nabij. Na 1970 pasten de meeste aannemers bij grotere woningbouwcomplexen gietbouw toe, in combinatie met prefab-elementen. In 1974 begon uiteindelijk geleidelijk de massale sluiting van de woningfabrieken. De systeembouw was als het ware aan het einde van haar geschiedenis.

Verder lezen

EBA: een gietbouwsysteem in vorm

Een serie over systeemwoningen -26-

De systeembouw laat een ontwikkeling zien vanuit de traditionele baksteen, naar grotere blokken (stapelbouw), via steeds groter wordende elementen (montagebouw) naar de volgende stap, namelijk gietbouw. Eerst worden de bouwdelen steeds groter gemaakt in de fabriek tot uiteindelijk de stap van de fabriek eveneens over wordt geslagen en er op de bouwplaats wordt gefabriceerd. De meeste gietbouwsystemen stammen dan ook uit einde jaren zestig. Het EBA-systeem bestond al langer, maar kent ook een piek eind jaren zestig.

Het EBA-systeem werd vooral in en om Amsterdam gebouwd. Daarnaast zijn ook in de regio Arnhem ongeveer 1500 woningen gebouwd. EBA was al vroeg met gietbouw bezig (vanaf 1958). Medio jaren zestig kwam een variant hiervan op de markt: EBA-II. In principe konden veel verschillende woonvormen gebouwd worden, zowel eengezinswoningen als middelhoog en hoogbouw. Het overgrote deel is echter in de hoogbouw gebouwd. De inzet van kranen voor bekistingsmallen kwam hier het beste tot zijn recht.

Verder lezen

TRAMONTA, een traditioneel montagebouwsysteem

Een serie over systeemwoningen -25-

Het Tramonta-bouwsysteem heeft in de periode 1951-1960 4.845 woningen gerealiseerd (1). De naam geeft aan wat het systeem enigszins inhoudt: traditionele montagebouw. De ontwerper van het systeem is H. Scheffer en in de praktijk hebben diverse architecten met het bouwsysteem ontwerpen gemaakt. De bouwer van het systeem was ‘Tramonta C.V. – Systeembouw’ uit Delft en diverse lokale bouwers.
Het systeem is vooral toegepast in het gebied van Leiden tot Vlaardingen (2).

Verder lezen

B-G een systeem voor kopers

Een serie over systeemwoningen -24-

Als het over systeembouw gaat, dan heeft men vaak grote monotone flatblokken voor ogen of de immer herhalende rijtjes. Deze artikelenserie heeft al laten zien dat dit vooroordeel zeker niet overal opgaat. In dit artikel staat het B-G systeem centraal, een vorm van systeembouw waar men niet als eerste aan denkt. Het betreft een seriematig bouw van bungalows en vrijstaande woningen.

Het B-G systeem heeft juist voor de bouw van bungalows het Ratiobouw keurmerk gekregen en heeft daarmee aangetoond een significante besparing op de bouwplaats te kunnen leveren (55%) (1). Tussen alle hoogbouw, middelhoogbouw en de eengezinswoningen was het B-G systeem daarmee een uitzondering. Zeker aangezien de woningen specifiek voor de koopsector werden gebouwd, waar het bij de overige systemen vooral gemeenten en corporaties waren die de woningnood met gebruik van systemen wilden invullen. Dat het een systeem gericht op de verkoop betreft, verdient enige uitleg.

Verder lezen

Renovatie versus vervangende nieuwbouw

Liever nieuwbouw dan renovatie

De bouw heeft altijd een grote voorkeur gehad voor de nieuwbouw en verkoos daarom ook vervangende nieuwbouw boven renovatie. Productietechnisch is het nu eenmaal gemakkelijker te bouwen zonder bewoners, die het alleen maar lastiger maken voor de jongens (van de bouw) onder elkaar. Nu de nieuwbouwmarkt volledig is ingestort, wordt er op twee paarden gewed. De hoop is dat de vervangende nieuwbouw een nieuwe toekomst krijgt en tegelijkertijd wordt er geflirt met de renovatie zonder dat er extra innovatieve inspanningen gedaan worden om tot een aanbod te komen, die zich kenmerkt door een goede kosten-kwaliteitsverhouding. De innovatieve ontwikkelingen in de renovatie komen nog maar langzaam opgang. De weifelende houding is het slechtste wat de bouw kan overkomen. De nieuwbouwmarkt wordt er niet door vergroot en door de achterblijvende productiviteit in de renovatie wordt deze markt ook niet substantieel uitgebreid. In die zin leidt twijfelen tot verlies voor alle partijen: bewoner, opdrachtgever en bouwer.

Verder lezen

De poorters van Montfoort, eerste gerenoveerde woningen volgens Active House principes

In Montfoort worden voor het eerst in Nederland tien woningen duurzaam gerenoveerd met de focus op een comfortabel binnenklimaat. Hiervoor wordt een nieuw renovatieconcept toegepast. Door het unieke ontwerp gebaseerd op de principes van Active House ontstaat een goede balans tussen energieontwerp, binnenklimaat en omgeving, waarbij het wooncomfort en de gezondheid van de bewoners centraal staat. 

Solar Prism opbouw_1000px

Verder lezen

Zoeken naar Flexibiliteit

Van alle tijden

Zoeken naar meer flexibiliteit in de woningbouw is de afgelopen honderd jaar een steeds terugkerend thema geweest. Twee invalshoeken bepalen de discussie: de betaalbaarheid of beschikbaarheid van woningen en het bijbehorende efficiënt ruimtegebruik (besparing aantal vierkante meter), of de ruimte voor veranderingen in gebruik. De gedachte kwam bij me op toen ik op de tentoonstelling in het Van Abbemuseum onderstaande tekening van El Lissitzky zag. Op de tekening is een wandmeubel afgebeeld, waarbij de ruimte op eenvoudige wijze op verschillende manieren ingericht kan worden, afhankelijk van het gebruik. Dit idee was eind jaren twintig geboren vanuit de grote woningnood, die er toen in Moskou heerste. Maar ook in Nederland zijn in diezelfde periode allerlei ideeën geboren om de woningen gedurende de dag zo efficiënt en passend mogelijk te maken (zie onder andere Bergpolderflat van Van Tijen).

Verder lezen

Bouwen met zware elementen: PLN-systeem

Een serie over systeemwoningen -23-

De jaren zestig waren de jaren van de grote bouwopgave. De woningnood vroeg om grote aantallen woningen. De jaarproductie nam dan ook toe tot wel 120.000 woningen en zelfs 150.000 woningen, aantallen die we daarna nooit meer gekend hebben (1). In die hoogtijdagen werd 20 tot 25 procent volgens een bouwsysteem gebouwd.

Een nieuwe bouwopgave kan je zelf invullen door een nieuwe bouwmethode te ontwikkelen. Je kunt er ook voor kiezen om gebruik te maken van iets dat al bedacht is. In Europa waren meer landen met een grote woningvraag, die dat met behulp van een bouwsysteem invulden (2). Bekende voorbeelden waren het uit Frankrijk afkomstige Coignet-systeem (3) dat in Nederland door Dura, Neduco en Indeco werd gebruikt en het BMB-systeem dat zijn oorsprong kent in het Verenigd Koninkrijk (4). Een ander wereldwijd verspreid systeem was het Larsen & Nielsen-systeem. In totaal werden voor dit Deense systeem 22 fabrieken gebouwd, onder meer in het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en natuurlijk Denemarken zelf. In Nederland zijn twee fabrieken geplaatst: in Maassluis (Zuid Holland) en in Kootstertille (Friesland).

Verder lezen