Tagarchief: Innovatie

Ketensamenwerking beperkt zich niet tot cultuur

Auteurs: Martin Liebregts en Yuri van Bergen

Meer dan cultuur

Sinds de economische crisis in 2009 de agenda in de bouwsector bepaalt, staat de ketensamenwerking er hoog op genoteerd. De partners in het veld – sociale verhuurder, adviseurs, bouwers, onderaannemers – zijn aan het zoeken om de crisis te benutten voor een nieuwe vorm van samenwerking, waarbij gerichter gebruik wordt gemaakt van de capaciteiten van de verschillende betrokkenen. En natuurlijk gaat het om kernwaarden als respect en vertrouwen, maar vooral ook om een betere kosten-kwaliteitsverhouding van het (ver-)bouwproduct. Uiteindelijk moet de bewoner (eindgebruiker) er in alle opzichten beter van worden. Het is dus meer dan een kwestie van cultuur(-verandering).

Verder lezen

Sex, Evolutie en Innovatie

Magie als resultante van het juiste handelen

De watervlo (daphnia) leeft in de meeste zoetwatervijvers en moerassen. De spasmodische bewegingen van het organisme in het water zijn verantwoordelijk voor de ‘vlo’-beschrijving, maar in werkelijkheid gaat het om kreeftachtigen van slechts enkele millimeters lang. Onder normale omstandigheden reproduceren daphnia aseksueel en brengen de wijfjes identieke kopieën van zichzelf voort. In die modus bestaat de daphnia-populatie uitsluitend uit wijfjes. Die reproductiemethode blijkt verbluffend succesvol: in de warme zomermaanden zijn de daphnia vaak de organismen die het overvloedigst vertegenwoordigd zijn in het ecosysteem van een vijver. Maar als de omstandigheden moeilijker worden, in perioden van droogte of andere ecologische verstoringen, of wanneer de winter zijn opwachting maakt, ondergaan de watervlooien een opmerkelijke transformatie: ze beginnen mannetjes te produceren en gaan over op de seksuele reproductie. Voor een deel is die omschakeling toe te schrijven aan het feit dat de eitjes die door de seksuele reproductie worden voortgebracht beter bestand zijn tegen de invloed van de lange wintermaanden.

Maar wetenschappers geloven dat de plotselinge adoptie van seks ook een biologische innovatiestrategie is: in moeilijke tijden heeft een organisme nieuwe ideeën nodig om zich te kunnen handhaven. In perioden van voorspoed is de aseksuele reproductie uiterst doeltreffend: blijf doen wat je doet als het leven goed is. Ga niet rommelen aan het succes door nieuwe genetische combinaties te introduceren. Maar als de wereld je met grotere uitdagingen confronteert – schaarste, roofdieren, parasieten – moet je innoveren. En de snelste weg tot innovatie is het maken van nieuwe verbindingen. Die strategie van het schakelen tussen aseksuele en seksuele reproductie wordt ‘heterogamie’ genoemd, en hoewel het opmerkelijk is, hebben vele organismen het overgenomen.

Verder lezen

De Alliantie Dak+ geeft antwoord

Auteurs: Karleun Liu en Jelle Persoon

De praktijk van onderhoud en renovatie verandert. De complex gewijze aanpak van bijvoorbeeld dak vervanging zal steeds meer plaats moeten maken voor een aanpak met ruimte voor de gewenste kwaliteit van de individuele bewoner. Tijdstip van uitvoer en realiseren van gewenste voorzieningen van extra dakraam tot pv-cellen worden variabelen die leiden tot een serie van één.
 
Hoe kom je tot een kwalitatief hoogwaardig en betaalbaar aanbod bij een dergelijke serie van één? Een aanbod, waarbij niet alleen de technische kwaliteit en de prijs worden geborgd, maar waarbij de architectonische kwaliteit (beeldkwaliteit) net zo belangrijk is.


Verder lezen

In de ketensamenwerking is het minder ‘moeten’ en meer ‘kunnen’

Door: Corry Fontein – De Haan in opdracht van Ballast Nedam

In de periode van 2010 tot 2012 is aan de hand van twee proefprojecten door Woonbedrijf en Ballast Nedam een leertraject ingezet om tot een vernieuwende samenwerking te komen; de ketensamenwerking. Deze vorm van samenwerking biedt de kans om de bewoner met meer plezier te bedienen tegen gunstigere condities. De projecten Echternachlaan en Kruidenbuurt Zuid zijn de eerste werken die volgens de ketensamenwerking zijn uitgevoerd. Deze nieuwe manier van werken, is er een van vallen en opstaan waar we allemaal aan moeten wennen. Maar wel een die zeker tot nieuwe inzichten en mogelijkheden leidt. In het vervolg zal de kreet ´Ja maar´ plaatsmaken voor ´Ja en´. Dit keer zijn we in gesprek met projectleider Jorg van Waas van Woonbedrijf, met Yuri van Bergen van BouwhulpGroep en projectleider Justin Biemans van Ballast Nedam.

Verder lezen

SMART kan mooi en duurzaam zijn

Door: Yuri van Bergen en Jelle Persoon

De aandacht voor de bestaande bouw staat niet meer ter discussie. De vraag is nu echter hoe het accomoderend vermogen van onze voorraad benut kan worden. Hiervoor moet er een open blik zijn voor de vraag en de wil om een passend aanbod te ontwikkelen.
Kijkend naar de vraag zien we vijf thema’s (1) die de vraag typeren:

  1. Keuzemogelijkheid voor de individuele bewoner. Er moet weer ruimte komen om van je woning te houden. De bewoner staat centraal.
  2. Eigentijds comfort met duurzame energie.  Niet de techniek maar het gebruik bepaalt de oplossing van energieneutraliteit.
  3. Ruimte voor passend onderhoud en aanpassingen in de tijd. Bij de keuze van de techniek zijn eisen ten aanzien van het demontabele karakter en flexibiliteit de leidraad. Alleen op deze wijze krijgt hergebruik betekenis.
  4. Wonen krijgt weer een ‘eigen’ gezicht met uitstraling. De woning mag weer gezien worden, met respect voor het bestaande. Schoonheid komt terug in de dagelijkse wereld.
  5. Niet stapelen, maar integreren maakt het betaalbaar. Niet de afzonderlijke materialen bepalen de kwaliteit, maar het samenspel ervan. Juist de integratie van producten en processen zorgen ervoor dat de kosten-kwaliteitsverhouding verbeterd wordt.

De renovatiepraktijk laat zien dat er een sterke neiging is om één dimensionale oplossing te bieden. Energie en duurzaamheid zijn bij uitstek de thema’s die zo’n eenvoudig dimensie vormen (2). Met Active house is een poging neergezet om vanuit meer invalshoeken het aanbod te bepalen. Zo worden niet alleen mogelijkheden om energie te besparen SMART benut maar ook het beeld en de individuele woonwensen krijgen aandacht. Het is niet alleen smart maar ook mooi en houdt rekening met de bewoners.

Verder lezen

De serie van één: van plannen naar inpassen

Auteurs: Martin Liebregts en Sandra Arts

Decennia lang heeft de uniformiteit overheerst in de woningbouw. Dit geldt ook voor de praktijk van de renovatie. Het gemiddelde bepaalde de plannen en het percentage van de noodzakelijke deelname aan de renovatie, zorgde ervoor dat alles naar het gemiddelde verschoof. Geleidelijk aan neemt de gedachte toe, dat verschillen het leven en het wonen kleur geven en dat beperkt zich niet tot de voordeur. Vooral nu de eigenaar-bewoner de dominante positie op de woningmarkt is geworden (60 procent), begint het ook in de huursector door te dringen dat ook in dit segment veel ruimte voor contrasten nodig zijn. Zoals een stad het resultaat is van wat bewoners in de opeenvolgende perioden nastreefden, zo geldt dat ook voor de buurt en de afzonderlijke woningen. Uiteindelijk wordt het beeld niet bepaald door wat enkele deskundigen als zinvol of mooi beschouwen, maar is dit het resultaat van de inspanningen van velen.
Verder lezen

FRESHRENOVATIE 1.0 upcycling biedt portiekflats een hoogwaardiger nieuw leven

Auteurs: Yuri van Bergen en Martin Liebregts

De afgelopen decennia zijn er door de BouwhulpGroep duizenden portiekflats gerenoveerd, verspreid over het land. Op allerlei onderdelen zijn in die periode nieuwe oplossingen bedacht en toegepast. In alle situaties speelden beeldkwaliteit en energiebesparing een essentiële rol. Het is in wezen een vanzelfsprekendheid dat hier aandacht voor is. Maar er is meer nodig om de toekomstwaarde van portiekflats structureel te verbeteren. De ondertitel zegt het al door de introductie van het begrip ‘upcycling’(1).

Op componentniveau zijn dus in de periode 1990-2010 diverse vernieuwingen gerealiseerd (2). De flexibiliteit van de constructie is verruimd (flexibele doorbraak); voor keuken, douche en woninginstallatie zijn geïntegreerde oplossingen bedacht; op allerlei manieren zijn liften bijgeplaatst (intern of extern); diverse vormen van balkonvergroting zijn geïntroduceerd etc.

Maar nog steeds vindt bij de aanpak van de portiekflat in de praktijk een voortdurende heroverweging op projectniveau plaats, omdat een of meerdere passende concepten voor het geheel ontbreken.Voor de BouwhulpGroep is dit aanleiding geweest om een sprong voorwaarts te maken en de portiekflats een nieuw leven te geven met meerwaarde, in de vorm van het concept ‘FRESHRENOVATIE 1.0’. Door upcycling wordt optimaal gebruik gemaakt van het bestaande en het geheel wordt opgeschaald met meerwaarde (3).

Verder lezen

SMARTRENOVATIE 1.0 de introductie van een duurzaam renovatieconcept als motor voor innovatie

Auteurs: Yuri van Bergen en Martin Liebregts

Van E’novatie naar Smartrenovatie

Al tientallen jaren is de BouwhulpGroep actief op het terrein van renovatie, energiebesparing en duurzaamheid. Zo was ze als coördinator nauw betrokken bij het E’novatieprogramma in de periode 1988 tot 1992 en recent als adviseur en architect bij Active House.
Ondertussen zijn op allerlei deelterreinen – zoals ‘De serie van één’, Alliantie Dak+ met Panzer, Alliantie Gevel+ met SMILE – in samenwerking met marktpartijen oplossingen ontwikkeld, die de nieuwe manier van renoveren mogelijk maken, met respect voor de wensen van de huidige bewoner en met oog voor een duurzame toekomst. Het concept heeft de naam gekregen ‘Smartrenovatie 1.0’, omdat dit product zich in de tijd voortdurend zal ontwikkelen en morgen bij wijze van spreken weer aangepast wordt. De publicatie over ‘Smartrenovatie 1.0’ zal plaatsvinden in september 2012. De komende drie maanden zullen benut worden om tot een goede afstemming met de marktpartijen te komen.

Verder lezen

Bewoners: een lastige hindernis of onmisbare informatiebron? (3)

Onderdeel van drieluik ‘Innoveren in Renoveren’ – 3

Auteurs: Doris de Bruijn & Sean Vos

Bewoners zijn niet alleen de klant van de corporaties, maar ook de ultieme ervaringsdeskundigen als het gaat om de waardering van het woongenot in een complex. Het is alleen daarom al nuttig om bewoners intensief bij de planvorming te betrekken in het geval van onderhoud en/of woningverbetering. Wanneer bewoners intensief in het renovatieproces worden betrokken en de kans krijgen om mee te denken in de te kiezen aanpak, loopt het proces uiteindelijk soepeler en levert het vaker tevreden klanten op. Ook blijkt het onderwerp huurverhoging vaak gemakkelijker bespreekbaar te worden, met een grotere slagingskans voor een kwaliteitssprong als resultaat.

Moeten we wel of geen huurverhoging vragen voor energiebesparende maatregelen? Dat is een veel gehoorde vraag wanneer er plannen worden gemaakt voor renovatie van een complex. De meningen hierover zijn nogal verdeeld. Er zijn corporaties die een renovatie met woningverbetering alleen door laten gaan wanneer bewoners meebetalen in de vorm van een huurverhoging en er zijn corporaties die juist geen huurverhoging vragen, vaak om gedoe te voorkomen en energiebesparende maatregelen snel en zonder een uitgebreid communicatietraject te kunnen nemen. Wij zijn in de meeste gevallen voorstander van de eerste strategie. Wanneer bewoners akkoord gaan met een huurverhoging, wil dat zeggen dat ze bewust over de consequenties hebben nagedacht en dus in zekere mate achter de plannen van de corporatie staan. Uiteraard moet de huurverhoging in verhouding staan tot de geboden verbetering van het woongenot en de energiebesparing die met de maatregel wordt behaald. Wanneer woningverbeteringen gratis worden aangebracht klinkt dat in eerste instantie interessant voor de bewoner, maar is het nog maar de vraag of alle bewoners op deze maatregelen zitten te wachten. Zij hebben er immers niet om gevraagd en worden geconfronteerd met maatregelen en overlast die voor het gevoel van bovenaf wordt opgedrongen. Als de genomen maatregelen dan vragen om een andere manier van handelen (bijvoorbeeld bij een nieuw ventilatiesysteem de ventilatie een stand hoger zetten bij het douchen) of meer overlast veroorzaken (bijvoorbeeld meer herrie als gevolg van mechanische afzuiging), kan dat leiden tot een regen van klachten, waar je als corporatie niet op zit te wachten. Indien de bewoners zelf hebben meegedacht over welke maatregelen genomen zouden moeten worden en er bovendien aan meebetalen, ligt de tolerantiegrens doorgaans een stuk hoger omdat ze beter op de hoogte zijn van wat er gaat gebeuren en weten wat de consequenties zijn van de ingreep.

Verder lezen

Het succes van MIAR

Door: Yuri van Bergen

Het is goed om in de markt te constateren dat steeds meer partijen op zoek zijn naar nieuwe vormen van samenwerking, waarbij kennis en kunde van alle partijen optimaal worden benut. De MIAR-methode (Methode Innovatiestimulerend Aanbesteden en Realiseren) is er een van.

Als je na de workshop die voor Futura is georganiseerd terugkijkt, dan beantwoordt de methode aan de verwachtingen vanuit de markt. De vijf eisen, die vanuit de opdrachtgeverspraktijk gesteld zijn, betreffen:

  1. Het verbeteren van de prijs-kwaliteitsverhouding door o.a. de stapelkosten te beperken
  2. Het optimaler benutten van de kennis, die aanwezig is in de keten
  3. Meer ruimte scheppen voor het bijzondere in het project door beter gebruik te maken van de projectoverstijgende overeenkomsten
  4. Maximaal benutten van de eigen kennis en kunde als opdrachtgever
  5. De continuïteit van kennis in het proces zo goed mogelijk ruimte geven en zo de basis leggen voor een verbeterde kwaliteitsborging.

Het zijn deze aspecten die vanuit de vraagkant als belangrijk worden beschouwd. Het is nu aan de praktijk om dit verder in te vullen en uit te bouwen.

BouwhulpGroep